Vrij vischwater!
In Diemen was van het traditionele 'oudste beroep ter wereld' geen sprake: het waren fatsoenlijke vissers en jagers. Althans volgens Van Ollefen, de stad- en dorpsbeschrijver en een onzer voorgangers die in de 18e eeuw al plaatjes met praatjes maakte. Een conflictje over visserij kon dan ook af en toe niet uitblijven. De rechtbankverslaggever van De Tijd schrijft op 11 januari 1906:
"In November van het vorige jaar vischten twee personen in een schuitje met een vischnet in het gedeelte der Keulsche vaart, dat ligt tusschen de Ringvaart van de Watergraafsmeer en den driesprong bij de muziektent in het water te Diemerbrug, waar de vaart van Muiden in de Keulsche vaart komt. Tegen de visschers werd toen proces-verbaal opgemaakt, aangezien zij wel een vischakte hadden, doch verklaren moesten geen vergunning om te visschen van den eigenaar te hebben."
"Donderdag jl. waren zij nu ter zake dier overtreding ter terechtzitting van het eerste kantongerecht hier ter stede gedagvaard, doch het O.M. deelde bij de behandeling dezer zaak mede, dat het de vervolging introk op grond dat niet kon worden uitgemaakt, wie als eigenaar van dat gedeelte vaarwater te beschouwen is."