Afbeelding
Foto:

1932: Burgemeester niet schuldig

Tijdens de spoedvergadering op 17 augustus 1932 in het raadhuis aan de Hartveldseweg liepen de gemoederen hoog op. Inzet van een felle discussie waren de vergunningen die burgemeester De Wolff had afgegeven aan directeur Giezen van het Lunapark. Zo had de burgemeester toestemming gegeven om vuurwerk af te steken dat waarschijnlijk meteen daarna op een boerderij aan de Ouddiemerlaan terechtkwam. Met het gevolg dat de boerderij afbrandde en er een schuldige moest komen. Liberaal raadslid Bicker wees naar de burgemeester. Daarbij werd Bicker gesteund door collega-raadslid Martens die de S.D.A.P. vertegenwoordigde. De burgemeester waste zijn handen echter vol overtuiging in onschuld. Hem trof geen enkele blaam. Hij weerlegde uitvoerig de aanvallen van Bicker en Martens en zette uiteen hoe hij de vergunning voor het vuurwerk aan Giezen had gegeven. De afspraak was, zo benadrukte De Wolff, dat er geen hoog opgaand vuurwerk zou worden afgestoken. “Daaraan heeft de heer Giezen zich echter niet gehouden,” stelde De Wolff. De hoogopgelopen ruzie tussen Bicker en het katholieke raadslid Kreike werd overigens in der minne geschikt. Of de woorden van de burgemeester de meute op de stoep buiten tevreden stelde, vertelt het verhaal verder niet.