Afbeelding

Veldwachter in verwarring

Uit een krantenartikel uit 1928 blijkt dat data bij het oplossen van een misdaad al lang voor de uitvinding van het internet een rol speelden. De data betroffen vier afgestempelde kaartjes van de Gooische Stoomtram die de veldwachter van Weesperkarspel in de zakken aantrof van een vroege wandelaar, W.E. uit Amsterdam, op de Stammerdijk. Was W.E. de serie-inbreker die die nacht met zijn maat o.a. in Muiden was geweest? Nee, zei de wandelaar. Ik ben alleen en de kaartjes heb ik gevonden. De veldwachter geloofde er niets van en ontdekte iets geks met de afstempeling van de kaartjes. De kaartjes naar Muiden bleken al afgestempeld terwijl de trein de rit nog niet gemaakt had. Echt raar dus. Bij navraag bij de conducteur van de Gooische bleek dat twee mannen de avond ervoor naar Diemen waren gereisd. Daarna hadden ze de stoomtram van 23.00 uur naar Muiden genomen. Maar toen de mannen de kaartjes kochten, had de conducteur zijn administratie voor de hele dag al afgesloten. Hij had de kaartjes van de mannen administratief op de volgende dag gezet. De jokkende dief moest toen kleur bekennen en de conducteur had ook wat uit te leggen aan zijn baas.