Binnenlandse Strijdkrachten in de fout
Het was nog een beetje de tijd waarin sommige van de cowboys uit de bevrijdingsdagen hun slag probeerden te slaan. Zij hadden zich op het allerlaatste moment voor de bevrijding bij de Binnenlandse Strijdkrachten aangesloten. Verzetsstrijders kon je ze niet noemen. In Diemen was het gezag nog zoekende en de politie functioneerde nog niet optimaal. Vijf oud-leden van de Binnenlandse Strijdkrachten, volgens de pers 'heren, die zich tijdens de bezetting zeer onderscheiden hadden door overvallen op landwachters en N.S.B.’ers', overvielen in de nacht van 27 op 28 augustus een veehouder aan de Stammerdijk. De vijf wisten precies waar de moesten zijn: de slaapkamer waar hij goud had verborgen. Met geweld werd de boer aan het praten gebracht. Met 2.000 guldens, omgerekend zo'n 12.000 euro in huidige koopkracht, een tas vol sieraden, kleren, levensmiddelen en een fiets verdwenen de vijf. Maar ze waren herkend door het dienstmeisje. Voor de rechtbank noemde de Officier van Justitie het 'betreurenswaardig, dat deze doodsvijanden van de Duitsers die in de illegaliteit zulk voortreffelijk werk hebben verricht, zich tot deze daad hebben verlaagd. Zij werpen een smaad op de Binnenlandse Strijdkrachten'.