Afbeelding

Badplaats Diemen

In Amsterdam maakte men vroeger, toen een vakantie naar het buitenland niet voor iedereen haalbaar was, vaak woordgrapjes over een 'chique' bestemming. Zo ging men naar Altenkirchen (Ouderkerk), Waterdukelake (Watergraafsmeer) of naar Diemain. Maar Diemen had, schrijft Het Volk in juni 1941, zowaar echt badplaatsallures. Je zou kunnen zeggen dat de kinderen Diemen in de warme dagen als badplaats ontdekten.

Door de verbreding van de Hartveldseweg was de Keulsevaart verlegd en was daartoe langs de vaart een ijzeren beschoeiing gemaakt. Tussen deze ijzeren wand en de straatweg was een 'strand' met water ontstaan. Na schooltijd was het hier een druk en vrolijk gedoe van in het ondiepe water pootjes badende en in badpakken plezier makende kinderen. Echt zwemmen was in die plassen niet mogelijk. Een enkele durfal klom over de ijzeren wand en nam een duik in de vaart, wat overigens door de politie verboden was. Gelukkig was de beschoeiing voor kinderen te hoog. Het Volk: 'Die konden zonder gevaar genieten van... Diemen als badplaats. Ze hoeven er niet voor naar Muiderberg!' Overigens was het al in mei 1941 voor Joodse kinderen verboden om gebruik te maken van stranden.