Afbeelding
Foto:

Het onweder

Op een woeste septemberavond in 1903, zo bericht dagblad De Tijd, "woedde boven Amsterdam en omstreken een hevig omweder, het ergst wel boven de gemeente Diemen." Op weiden in de buurt werden enkele paarden en koeien dodelijk door de bliksem getroffen en bij de Diemerbrug brak in de normaal zo rustige buurt paniek uit. Toen de bliksem de toren van de Hervormde Kerk trof, kwam vallend puin, dat meters ver van de toren werd afgeslingerd, ook op de naastgelegen huizen terecht. Tal van dorpsgenoten kwamen angstig naar buiten waarna horecaondernemer Peereboom ontdekte dat de toren van de kerk was getroffen en beschadigd. Burgemeester Bicker die verderop aan de Ouderkerkerlaan woonde, was ook spoedig op de plek des onheils. Hij stelde eerst vast dat er geen persoonlijke ongelukken waren gebeurd en waagde zich toen met gemeenteraadslid Staal en de kerkeraadsleden Van Sijtveld en Zagt voorzichtig in het gebouw. Dat bleek linke soep, want ze waren nog maar net binnen of de bal, die onder den windwijzer zat, kwam naar beneden. Voor wie erg geschrokken was, had dr Derkinderen een kalmeringstabletje meegenomen. Tot laat in de avond bleven burgemeester Bicker en veldwachter Kloosterman ter plekke.