Afbeelding
Foto: Jaap van Ingen

Jan Wolkers in Diemen (2)

In de zomer van 1967 brengt Wolkers een man uit Guadeloupe naar papierhandel Wessels aan de Weesperstraat in Diemen. Wolkers is gefascineerd door het kale landschap waar later het nieuwe Diemen-Zuid zou komen. "En toen lag daar ineens die enorme zandvlakte. Meeuwen zaten aan de rand van het water dat oogverblindend schitterde. En daarachter de spoorlijn als een dijk tussen land en zee."

De baas van de papierhandel is "een man met een vossenkop", maar dat zal Wolkers wel bedacht hebben. Aan het eind van de dag rijdt de vossenkop mee met Jan. Dat is 50 jaar later een beetje ongemakkelijk lezen als de vossenkop zegt: "Laatst vroeg een klant: Kan die nikker even langskomen?" De ik ziet in de spiegel zijn vriend uit Guadeloupe, die in 'Horrible Tango' consequent als 'neger' wordt aangeduid, op de achterbank even opkijken. "Pardon, zeg ik, we hebben geen nikkers in dienst, vervolgde de vossenkop, wel een paar Surinamers." Na een paar maanden is de man uit Guadeloupe verdwenen. Hij schrijft later in een brief dat hij Monsieur Jan eeuwig dankbaar is voor wat hij voor hem had gedaan. "Was ondertekend: Lucien le Noir de couleur." Blijft ongemakkelijk.