Politie zocht gestolen geld en vond munitie
In de jaren 40 hing in veel huizen een muntmeter met een spaarpotgleuf waarmee een voorschot werd betaald voor elektra. Stroom werd geleverd tegen vooruitbetaling. Was je tegoed op, dan ging gewoon het licht uit. Een gulden in de meter en ploep, het licht brandde weer. Op 19 februari 1940 bracht de Diemense politie klaarheid in "de zaak der verdwenen gelden uit den electrischen muntmeter ten huize van A.A.O. in de Burgemeester Kievietstraat te Diemen". Tja, de genoemde bewoner bleek de dief en de politiechef achtte het wenselijk het huis van A.A.O. aan verder onderzoek te onderwerpen. In de kamer van commensaal E.G., nota bene de man die aangifte had gedaan, vond de politiechef niet minder dan 100 revolverpatronen. "Met commensalen heb je altijd wat", zong Drs P. in later jaren. Op de vraag van de politiechef waarom hij die patronen had, verklaarde G. dat hij vroeger revolvers had bezeten, maar dat hij die had verkocht. Het Nieuws van den Dag vervolgt: "Waarom toenmaals ook niet de 100 patronen van eigenaar verwisselden, kon G. niet opgeven. Tegen hem is proces-verbaal opgemaakt wegens het in voorraad hebben van munitie, zonder daartoe gerechtigd te zijn."